Wed 15th May 2024

Hoe een Romantisch Marxistische ideologie heeft geresulteerd in het Tijdperk van de Grote Verdwazing. En waarom wetenschap kan bijdragen aan een Grieks, Joods, Christelijke Cultuur; gebaseerd op kennis, inzicht en gezond verstand.

Er ligt een aantal axioma’s ten grondslag aan het betoog Een Cultuur van Verraad. Deze axioma’s hangen samen met en komen voort uit psychologisch, sociologische en culturele wetmatigheden en zijn typisch menselijk en maatschappelijk van aard. Ongeacht inhoud en wenselijkheid van de ideologie, zijn zij in iedere samenleving herkenbaar.

Algemene axioma’s

Allereerst de constatering of observatie zoals geformuleerd door Karl Marx betreffende de Base Super Structure: instituties (media, politiek, onderwijs, religie, justitie, kunst) hebben toegang tot communicatiemiddelen en een zeker monopolie op informatieverspreiding waarmee een variëteit aan narratieven wordt geconstrueerd en verspreid onder de bevolking.

Omdat narratieven worden verspreid middels de communicatiemiddelen, hangt de dominante ideologie sterk samen met technologie en technologische vernieuwing en de exclusieve toegang daartoe.

Deze verhalen bevatten een ideologie die dominant (of hegemonisch) is in een samenleving: het geheel aan opvattingen, meningen, ideeën, opinies, normen, waarden. Eveneens bevat en dicteert die ideologie een levensscript, een levensverwachting.

De afzonderlijke onderdelen van deze ideologie gedragen zich als memes, de culturele variant van een gen. Het geheel van een ideologie kan worden gezien als een memeplex; de culturele variant van een chromosoom.

Zoals een gen en een chromosoom verspreiden ideeën en ideologieën zich en muteren zij; seksuele aantrekkingskracht speelt daarbij een rol.

De internalisering van een ideologie en haar afzonderlijke onderdelen vindt bewust en onbewust plaats. In nagenoeg ieder narratief dat de mens tot zich neemt zijn zij immers aanwezig.

Die ideologie dicteert en resulteert in een Zelf-, mens en wereldbeeld en vervolgens in beslissingen; van alledaagse levensbeslissingen tot aan levensbeslissingen. Dat geldt voor ieder mens, ook voor vertegenwoordigers binnen die instituties zelf.

Die ideologie die dominant is in een samenleving bepaalt de levensloop, houdt productieverhoudingen en klassenverhoudingen in stand, et cetera.

Aangezien die onderdelen van een ideologie per definitie constructies zijn en door de mens zijn aangeleerd, resulteren zij in een vals bewustzijn; ieder individueel leven, maar ook de geschiedenis van een samenleving, de wereld en dat van de mensheid zijn immers narratieven waarin wij ons gedurende ons leven in bevinden. Het zijn constructies van de geest.

Mensen hebben logischerwijs slechts beperkt zicht op de oorspronkelijke bronnen en grondleggers van de meningen, gedachten et cetera die zij hebben. De mens wordt in een wereld en cultuur geworpen die het resultaat is van een eeuwenlang proces. Het leven wordt doorgaans geaccepteerd zoals het zich aan de mens aandient.

Het is dan ook van het grootste belang dat de ideologie aansluit bij de mens zoals hij is: als lichaam, geest en ziel en aansluit bij de cognitieve, emotionele en spirituele neigingen en kwaliteiten van de mens. Narratief en werkelijkheid zijn dan zo veel mogelijk met elkaar in overeenstemming. Mensen herkennen in verhalen het dagelijks leven zoals ze dat zelf ervaren.

Totstandkoming en implementatie van ideologie en cultuur is een traag, cultureel proces en het dient aan te sluiten bij en voort te komen uit de Hogere Rede, een combinatie van Gevoel en Verstand. Wat centraal dient te staan in een ideologie is Liefde.

Immers, daarmee ontstaat een Cultuur die een ontfermende, verzorgende functie heeft over haar bewoners. Dat is de verantwoordelijkheid van een cultuur en van ieder mens die er onderdeel van uitmaakt, in het bijzonder van vertegenwoordigers binnen instituties en van cultuurdragers, de verhalenvertellers.

Een cultuur dient overgedragen te worden van generatie op generatie. De volgende generatie brengt verbeteringen aan, maar zij houdt de dominante ideologie en daarin resulterende cultuur in stand.

Een cultuur dicteert een levensverwachting die niet per definitie in haar volledigheid vastligt, maar wel met inzet (ten dele) en voor zoveel mogelijk mensen kan worden gerealiseerd.

Ondanks de aard van de mens (die in staat is tot zowel goed als tot kwaad) en ondanks de dynamiek tussen mensen in organisaties en samenleving, resulteert zo’n cultuur in beschaving en geestelijke, zedelijke welstand, welvaart en welzijn. Ook voor hen die niet direct affiniteit hebben met of kennis hebben van die grondslagen van een samenleving en de historisch, filosofische en religieuze bronnen waar haar ideologie uit voortkomt.

De instituties bewaken middels het vertellen van hun verhalen die ideologie waarmee bewoners een min of meer zelfde, gedeelde realiteit en levensinvulling en verwachting hebben. Instituties hebben een sociaal contract met de samenleving en haar inwoners.

Specifieke axioma’s vanaf de 19e eeuw en de jaren 60

Dit was het geval toen de dominante ideologie in de Westerse samenleving Grieks, Joods Christelijk van aard was en de leefwijze een Protestants Calvinistisch karakter. Niet ideaal of altijd tot de verbeelding sprekend, maar zij heeft geresulteerd in Duurzame Voldoening in de levens van hen die in die cultuur en ideologie zijn geworteld.

Vanaf de Franse Revolutie, de ontwikkeling van Romantiek en het daaruit voortkomende Marxisme, is de dominante, hegemonische cultuur en ideologie gedurende een langzaam, cultuur proces vervangen; met name sinds de Romantisch Marxistische revolutie van de jaren 60.

De Romantisch Marxistische ideologie bevat en dicteert een geheel aan opvattingen, meningen, ideeën, opinies, normen, waarden die tegenovergesteld zijn aan de Grieks, Joods, Christelijke ideologie. Dat geldt voor alle levensdomeinen: werk(ethos), relaties en seksualiteit, drugs- en middelengebruik, et cetera. Ook dicteert die ideologie een omgekeerde levensverwachting.

Nagenoeg iedereen houdt er zodoende opvattingen, et cetera op na die samenhangen met Romantiek en Marxisme. Deze ideologie is immers makkelijk te begrijpen, maar hangt juist samen met de lagere vermogens van de mens die doorwerken in die Romantiek (vrijheid, gevoel en eigenbelang) en Marxisme (gelijkheid, jaloezie en eigenbelang).

Dat makkelijk te begrijpen karakter en die samenhang met lagere vermogens verklaart het hegemonische karakter ervan; de Romantisch Marxistische ideologie doet immers in veel mindere mate een beroep op Zelfkennis, Zelfkritiek en Zelfoverwinning. Zij moedigt juist aan om het kwaad te herkennen in de ander.

Deze omkering van cultuur en ideologie resulteert zodoende en logischerwijs ook in tegenovergestelde levensbeslissingen, levenslopen en voor velen het tegendeel van de Duurzame Voldoening.

Instituties, hun vertegenwoordigers en cultuurdragers hebben de ontfermende werking en functie van een Cultuur niet bewaakt. Zij hebben de cultuur niet overgedragen op een volgende generatie en daarbij verbeteringen aangebracht. Zij hebben haar vervangen in het tegendeel.

De problematiek die zich openbaart in individuele levens hangt dan ook samen met de kwaliteit van de samenleving haar huidige Cultuur.

Maar ook op collectief niveau kan deze omkering van Cultuur en Ideologie veel problematiek en crises van maatschappelijk aard verklaren. Veel van die problematiek hangt samen met het verdwijnen van moraal.

Deze axioma’s, aangevuld met inzichten uit de psychologie, sociologie en filosofie bieden handvatten waarmee veel ontwikkelingen in de samenleving en veel individuele problematiek kan worden verklaard. Deze uitgangspunten of veronderstellingen verhelderen een cultureel, sociologisch proces.

These

Voortkomend uit deze axioma’s is dan ook de these:
Door de vervanging van de Grieks, Joods, Christelijke ideologie en daarin vervatte Protestants Calvinistische levenswijze die heeft geresulteerd in beschaving en welvaart en duurzame levensvoldoening voor haar burgers in een Romantisch Marxistische ideologie is het sociaal contract tussen instituties en bevolking verbroken en heeft de Westerse Cultuur niet meer de ontfermende functie. Er is zodoende sprake van een Cultuur van Verraad.

Wanneer de uitgangspunten van Grieks, Joods, Christelijke cultuur ten grondslag liggen aan levensbeslissingen, bepalend zijn voor een Protestant Calvinistische levens handel en wandel, dan is het waarschijnlijker dat dit voor het individu resulteert in duurzame levensvoldoening. Middels het weerstand bieden tegen verleidingen die ieder mens kent wordt de kans op ongeluk en problematiek natuurlijk nooit vermeden, maar wel geminimaliseerd. Wanneer dit collectief gebeurt, dan resulteert dat in een beschaving en een samenhangende en voortstuwende samenleving. De relatie tussen de onderdelen van deze cultuur / ideologie (opvattingen, meningen, normen, waarden, et cetera) en levensloop en beschaving is complex. Maar met behulp van inzichten uit psychologie en sociologie kan de geldigheid en werkzaamheid worden aangetoond van levensprincipes die uiteindelijk zijn geworteld in de Grieks, Joodse en Christelijke bronnen van onze Cultuur.

Leeswijzer

In Deel I tot en met IV zal dit proces meer in detail worden besproken. Vervolgens worden die in onze cultuur bepalende kenmerken van de dominant Romantisch Marxistische ideologie toegelicht.

Back To Top